Boek van de voetballer-met-het-geheugenverlies bestseller
(Door Theo Dersjant - dit artikel verscheen eerder in Argus)
Zomer 2006. Terwijl het Nederlands voetbalelftal in Duitsland een kleurloos WK afwerkt, zit een 15-jarige Duitse puber op een schuurdak in Solingen. Het joch heeft wel wat anders aan zijn hoofd dan een voetbaltoernooi. Zijn onzekerheid speelt hem parten, jeugdpuistjes en een eerste verliefdheid. De 15-jarige ‘Chris’ is de romanfiguur van auteur Christoph Kramer, ex-voetbalprof die wereldkampioen zou worden. Kramer schreef een roman over vier dagen in het leven van een puberende jongeman die verdacht veel op hem zelf lijkt. Hij treedt daarmee toe tot een exquis gezelschap schrijvende topsporters.

Christoph Kramer is ook bekend als de topvoetballer-met-het-geheugenverlies. Hij zou die zondag de 13e juli 2014 tegen Argentinië helemaal niet in de basis staan, maar ploeggenoot Sami Khadira moest in de warming-up afhaken. Dus stond middenvelder Kramer, speler van Borussia Mönchengladbach, zomaar in het Maracanã-stadion in Rio de Janeiro aan de aftrap van een WK-finale. Duitsland zou met 1 – 0 winnen door een doelpunt in de verlenging. Maar dat maakte Kramer al niet meer mee. In de 17e minuut liep hij tegen de Argentijn Ezequiel Garay op. Bijna een kwartier speelde hij gedesoriënteerd nog mee. In het voorbijlopen van de scheidsrechter vroeg Kramer: “Is dit de finale?” Toen werd hij gewisseld met – wat later bleek - een zware hersenschudding. Hij kon zich later niets meer herinneren van het voorval.
Christoph Kramer is sinds 2018 voetbalanalist bij de ZDF. Afgelopen zomer stopte zijn loopbaan als profvoetballer abrupt toen zijn contract bij Borussia Mönchengladbach niet werd verlengd. Huilend nam hij afscheid.
Maar wat maar weinigen wisten is dat Kramer toen al was begonnen aan zijn debuutroman. Het opmerkelijkste aan ‘Das leben fing im sommer an’: er komt nauwelijks voetbal in voor. Hoofdpersoon Chris worstelde met een eerste verliefdheid (‘op het mooiste meisje ter wereld’), vrienden die geestverruimende middelen probeerden en zijn permanent aanwezige onzekerheid. In een vraaggesprek meldde de schrijver dat ‘negentig procent’ van zijn roman is gebaseerd op eigen ervaringen. Zo bracht hij als vijftienjarige uren turend en peinzend door op het schuurdak van de ouderlijke woning.
En zie: een week na verschijnen van de ‘coming-to-age-roman’ prijkt het boek meteen op de eerste plaats van de bestsellerlijst van Der Spiegel. Niet dat het nou zo denderend werd ontvangen in de pers. Deutschlandfunk noemde het ‘saai’. “Weil nichts von dem, was darin steht, nicht schon hundertfach erzählt worden wäre, nur besser.”
Maar een roman die niet over voetbal gaat van een topvoetballer is natuurlijk toch bijzonder (en commercieel aanlokkelijk). In Duitsland heet het ‘de eerste roman die een topvoetballer ooit schreef’. In Nederland tekende Jan Mulder voor de roman ‘Iris’ (2003), maar dat was wel 28 jaar na zijn laatste profwedstrijd. Als een topsporter zich al waagt aan een literair avontuur, gaat het meestal over de sportcarrière. Neem Peter Winnen.
Christoph Kramer liet inmiddels weten al bezig te zijn aan zijn tweede roman. Die zet hij door als zijn debuut een positieve ontvangst krijgt. Voor wat de verkoopcijfers betreft is dat zeker het geval.
Das leben fing im Sommer an
Kiepenheuer & Witsch
ISBN: 978-3-462-00798-5
23 euro (9,99 e-book)