IN DE SPO(®)TLIGHT

Pim Bijl: 'Ik wil oprecht ontdekken waar mijn grenzen liggen op de marathon'

Pim Bijl (31) geeft op betrekkelijk jonge leeftijd zijn vaste baan bij het AD op om "te gaan leven als een topsporter", zoals hij het zelf uitdrukt. Zijn toptijd op de marathon is op dit moment (2.23,01), hij wil zien hoeveel hij nog verder kan verbeteren. De snelste marathonloper onder de sportjournalisten geeft tekst en uitleg over deze opmerkelijke stap.

Voor veel sportjournalisten is werken bij AD Sportwereld een droombaan. Jij geeft die betrekking zo maar op. Waarom?

,,Niet zomaar. Het deed mij op de slotdag van de Spelen veel toen ik besefte dat die bijzondere periode van elf jaar nu ten einde is. Maar ik heb goed over deze keuze nagedacht. Ik wil mij niet vastklampen aan wat ik heb, hoeveel bijzondere dingen ik ook mocht doen. Ik ben te benieuwd naar het topsportleven. Voel zoveel liefde voor het hardlopen en de marathon dat ik er volledig voor wil gaan. Als ik nu nog vijf of tien jaar had gewacht, was ik voorgoed te laat geweest. Ik zal het maken van sommige verhalen, verslag doen van bepaalde toernooien en de lol met fijne collega’s zeker gaan missen, maar hopelijk komen daar heel veel andere mooie momenten voor terug.”

Pim Bijl op zijn reportage tijdens een trainingsstage van meervoudig Olympisch kampioene Sifan Hassan. (Foto Global Sports Communication)

Was jouw baan als sportjournalist niet meer te combineren met een straf trainingsschema?

,,Het werd steeds moeilijker. De tijd om te trainen vond ik meestal wel, maar de tijd om daarvan te herstellen niet. Rust liet zich lastig plannen. Als fulltime sportverslaggever heb je niet altijd de controle over jouw agenda. Het laat zich ook door nieuws leiden. Dat onregelmatige karakter heb ik altijd tof gevonden, maar het begon de laatste tijd steeds meer als een beperking voor mijn sportieve ambities te voelen.”

Hoe heb je de materiële gevolgen van jouw nieuwe leven afgewogen?

,,Niet. Of nauwelijks. Mijn keuze stond eigenlijk al vast voordat ik over geld had nagedacht. Ik heb gespaard de afgelopen jaren, dat scheelt. En ik ben ook de komende jaren niet van plan een huis of een dure auto te kopen. En ik blijf gewoon werken, al is dat op freelancebasis en in een duidelijk ander ritme. Ik wil nog genoeg mooie dingen maken (verhalen, podcasts, video’s), maar daarbij wel scherp kiezend, want de sport staat nu op één.”

Wat voor doelen heb je jezelf gesteld? Hoeveel minuten moeten er van jouw persoonlijk record af?

,,Ik had er als journalist vast geen genoegen mee genomen als een sporter zei: ik wil de beste versie van mezelf laten zien, of het maximale eruit halen. Veel te saai antwoord, natuurlijk. Maar daar komt het wel op neer. Ik wil oprecht ontdekken waar mijn grenzen liggen op de marathon. En of dat 2.18, 2.14, 2.10, of ooit nóg harder kan zijn - ik heb op dit moment werkelijk nog geen flauw idee. Het is heel moeilijk inschatten wat er in zit nu ik mijn leven anders vorm ga geven. Ik hoop heel veel te verbeteren, maar veel zal ook afhangen of ik ook daadwerkelijk de juiste keuzes ga maken en hoe lang ik dat leven tof ga vinden.”

Leven als een topsporter klinkt ook als een aansprekende titel voor een boek of een documentaire. Zijn er plannen in die richting?

,,Op dit moment niet. Wat ik nu doe, is kiezen voor de sport en geen journalistieke missie. Dus ik wil er zeker niet meteen zo’n project aanhangen. Mocht ik mij ooit bedenken, dan kan het misschien alsnog. En tot die tijd is er mijn podcast De Pacer, waarin mijn hardloopdoelen en prestaties ook voorbijkomen.”

Is dit een tijdelijk afscheid van het vak of sla jij als Sportjournalistiek Talent van het Jaar 2018 na jouw topsportcarrière een andere weg in?

,,Poeh, ik weet het echt nog niet. Ben nooit van het ver vooruit kijken geweest. Ik vind het nu een heel toffe gedachte het roer rigoureus om te gooien. En verfrissend om iets heel anders te gaan doen. Tegelijkertijd voelde ik tijdens de Spelen nog bij elk verhaal een enorme ambitie om er iets moois van te maken. Het waren mooie weken in Parijs en mooie jaren bij het AD. Dat ga ik niet vergeten, dus het zou heel goed kunnen dat ik ooit terugkeer. En dan met meer kennis over hoe het er aan de andere kant aan toegaat.”