IN DE SPO(®)TLIGHT

JON VISBEEN, TENNiS MAGAZINE

'Net als andere sporten wordt ook tennis overschaduwd door voetbal'

Sportjournalist en tekstschrijver Jon Visbeen is verknocht aan tennis en is na een lange loopbaan bij het ANP en De Telegraaf nu actief voor onder andere TENNiS Magazine. Dit is volgens hem een old school glossy blad, dat gezien mag worden. Deze week verschijnt het slotnummer van 2023.

Jon, wat is de oplage van het magazine en hoe wordt ervoor gezorgd dat zo'n sportspecifiek blad in dit digitale tijdperk kan voortbestaan?

De cover van het slotnummer van 2023 van TENNiS Magazine, eind deze week in de winkel.

Visbeen: “De oplage ligt rond de 5000, abonnees en losse verkoop samen. Het is best moeilijk ons staande te houden in het digitale tijdperk. Maar door in de artikelen wat dieper op de materie in te gaan, met mooie fotografie te werken en een diversiteit aan verhalen te bieden, hopen we de echte tennisliefhebber op zijn wenken te blijven bedienen.”

Hoe staat het met de populariteit van het tennis in Nederland, nu we ondanks een aantal bekende spelers een echte wereldtopper missen?

Visbeen: “In het dubbelspel beschikken we wel over een wereldtopper in de persoon van Wesley Koolhof. Hij stond al even eerste op de dubbel ranking en won Wimbledon dit jaar. In de single hebben we bij de mannen sinds enkele jaren in Tallon Griekspoor en Botic van de Zandschulp twee subtoppers in de top 50. Dat is in een sport die zo wijd verbreid is, razend knap. Datzelfde geldt voor Arantxa Rus die voor het eerste de top50 in is gekomen. Tennis is geen schaatsen of hockey, sporten die in slechts enkele landen serieus worden beoefend.”

Hoe staat het met de toegang van de media tot de tennissers (m/v), zowel nationaal als internationaal? Accepteren veel spelers de boete voor het niet-verschijnen op persconferenties of valt dat wel mee? En kun je buiten die vaste mediamomenten nog iets bijzonders doen met grote tennissers?

Jon Visbeen met Roger Federer en Richard Krajicek.

Visbeen: “Dat is in het proftennis in zoverre goed geregeld dat als een speler is aangevraagd, hij ook moet komen opdraven voor een persconferentie na afloop van de wedstrijd. Anders krijgt hij een boete. Sommige toppers nemen zo’n boete voor lief en komen niet maar dat zijn toch uitzonderingen. Buiten de vaste mediamomenten kun je spelers bij toernooien 'one on one' aanvragen. Daar gaan de meesten wel op in.”

Is de Prix Citron voor de akeligste en minst toegankelijke tennisser nog een item, of wordt die prijs niet meer uitgereikt?

Visbeen: “L’Equipe heeft die Prix Citron jarenlang uitgereikt. Een van de vaste winnaars was de Chileen Marcelo Rios, die lak had aan alles en iedereen en waar geen normaal antwoord uitkwam. Volgens mij bestaat die prijs voor de grootste zuurpruim in het circuit al een aantal jaar niet meer.”

Wat vind je van de manier waarop tennis door de landelijke kranten en grote websites wordt gevolgd?

Visbeen: “Nu we internationaal weer een rol meespelen zal de interesse gaan toenemen, is mijn mening. De Davis Cup is het WK voor tennislanden. Daar horen we al twee jaar tot de beste acht landen van de wereld. Dat zegt toch iets over de huidige kracht van het mannentennis. De laatste jaren is de aandacht van de grote dagbladen en sites al toegenomen. Maar net als andere sporten wordt ook tennis overschaduwd door voetbal. De verhoudingen in de sportjournalistiek zijn wat dat betreft wel een beetje zoek.”

In hoeverre geeft de opkomst van padel TENNiS Magazine een stimulans? En hoe speelt het magazine daarop in?

“Padel geeft TENNiS Magazine eigenlijk geen boost. Wij zijn een tennis magazine en besteden elk nummer wel een item aan padel maar daar blijft het bij. De padelwereld is een andere dan die van tennis. Achter de schermen wordt gedacht aan een combi magazine of een apart Padel Magazine maar dat is tot op heden nog niet geconcretiseerd.”